Dag 346 – Zelfvergeving Dag 344

Dag 344 – Een ervaring van ‘alles komt goed’

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb een jongeman gelijk ‘leuk’ te vinden en te denken en geloven dat dit iets zegt of ergens toe doet, in plaats van in te zien dat dit alleen iets zegt over mijn voorkeur welke geprogrammeerd is.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb dit leuk vinden van iemand als strohalm te hebben gebruikt in een leven waarin ik me ‘niet goed’ voel, en dit leuk vinden geeft me een gevoel van ‘alles komt goed’.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb mezelf verloren te voelen en een ervaring van iemand leuk vinden als strohalm te gebruiken.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb me vast te klampen aan de strohalm, en zo hierin keer op keer te verliezen waar ik me aan vastklamp, en zo mijn eigen pijn te creeren door te geloven in mijn gevoel, in plaats van in te zien dat ik mezelf al verloren heb op het moment dat ik mezelf vastklamp aan een strohalm buiten mezelf.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb te geloven in mijn eigen gevoel, en dus verraden te worden door mijn eigen gevoel/mezelf te verraden in een geloof in en leven van mijn eigen gevoel.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb mijn eigen gevoel te projecteren op een ander en hierin te denken dat een ander mij ook leuk vindt.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb niet te weten wat ik moet en wie ik ben zonder dit gevoel, en dus geen zelfbeweging te ervaren zonder dit gevoel.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb te denken en geloven dat een gevoel van iemand leuk vinden en alles komt goed, mij zelfbeweging geeft, in plaats van in te zien dat ik hierdoor en hierin beweeg in en als de geest.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb me te schamen dat ik me zo heb laten leiden/lijden door gevoelens en geloof in gevoelens voor bepaalde jongemannen.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb mezelf te hebben verminderd in een poging om vast te houden aan dit gevoel, en hierin mezelf te hebben verminderd ten opzichte van de man, de male, in een poging de male bij me te houden, ten koste van mezelf in gezond verstand.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb mezelf in en als gezond verstand te hebben opgegeven ten behoeve van een gevoel voor een man.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb mezelf te ervaren als zijnde vastgezet, vast in de geest, gemanifesteerd in het fysiek, niet wetende hoe te bewegen in en als mezelf, en niet wetende hoe mijn fysiek te bevrijden van deze beknelling en belasting.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb door deze vastzettende ervaring in mijn fysiek en een niet weten hoe hierin te bewegen, te zijn gaan klampen aan een ander buiten mij en aan een gevoel voor een ander buiten mij, om toch nog enigszins een ervaring van beweging en me goed voelen te ervaren binnen de afschuwelijke ervaring van de stagnatie in het fysiek.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb het gevoel te hebben niet mee te kunnen komen met de beweging die ik de rest van de wereld zie maken, en ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb te denken dat ik mee moet komen met de beweging die ik de rest van de wereld zie maken, in en als de geest.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb pijn te ervaren van het forceren van mezelf in en als een geloof in de liefde en het proberen en forceren van mezelf in een meekomen met degene als de man waarvoor ik gevoelens ervaar, in een angst dat ik de man anders verlies en ik een kans heb gemist.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb te denken en geloven dat gevoelens voor iemand en wederzijdse gevoelens een kans bieden, in plaats van in te zien dat gevoelens en wederzijdse gevoelens een illusie zijn en in stand zijn gebracht om zo snel mogelijk seks in praktijk te brengen, aangezien er geen weerstanden ervaren worden maar slechts aantrekking.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb te denken en geloven dat deze aantrekking hetgeen is ik dien te volgen.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb het zo prettig te vinden om even geen weerstanden te voelen.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb zo moe te worden van de ervaring van weerstand, niet ziende, realiserende en begrijpende dat ik deze weerstanden heb opgebouwd in de geest door de tijd heen.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb niet door de weerstanden heen te willen lopen en dus de weerstanden te geloven als zijnde werkelijk, aangezien ik ze fysiek ervaar.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb de weerstanden in de geest als gedachten, fysiek gemanifesteerd te hebben en er zo emoties van gemaakt te hebben die ik vervolgens in leven ben gaan brengen door ze te volgen en hierin in stand te houden en te versterken.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb een weigering te ervaren door de weerstand heen te gaan, en niet te zien wat zelf te vergeven in de weerstand.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb de weigering te geloven en hier dus te stoppen, in plaats van in te zien dat deze weigering de limiet van mijn voorprogrammering aangeeft, en ik hier nog nooit voorbij gegaan ben.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb niet voorbij de limiet van mijn voorprogrammering te durven bewegen en niet te weten hoe dit te doen, aangezien ik fysiek volledig stagneer.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb te denken en geloven dat ik fysiek volledig stagneer, in plaats van in te zien dat ik een ervaring van stagnatie creeer in de darmen en waarin de darmen dus stagneren, welke ik als zo afschuwelijk ervaar dat ik ervan weg wil, maar welke niet mijn hele lichaam stagneert aangezien ik nog kan bewegen en kan schrijven.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb bang te worden van de fysieke stagnatie en hiervan weg te gaan.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb niet te weten hoe te blijven staan in de fysieke stagnatie en niet te weten wat te doen en hoe te bewegen, aangezien ieder beweging pijn doet.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb niet te willen ademhalen in deze fysiek gestagneerde toestand, aangezien ik hierin ervaar alsof ik doodga.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb de limiet van mijn geest in en als voorprogrammering als de dood te zien en ervaren en deze fysiek te manifesteren, waardoor ik fysiek werkelijk stagneer als soort van grens om niet te overschrijden.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb te ervaren alsof mijn fysiek altijd zo gestagneerd zal blijven en hierin volledig in paniek te raken van de gedachte altijd in deze toestand te moeten blijven bestaan, in plaats van in te zien dat door in de stagnatie te geloven en hier te stoppen, ik mezelf neerdruk in deze toestand door een ervaring in de geest, fysiek gemanifesteerd.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb boosheid te ervaren naar mannen toe aangezien ik denk en geloof dat ik me in deze pijnlijke positie moet stationeren; de positie van mijn lichaam in een toestand welke bereid is tot seks, welke deze toestand van aantrekking inhoudt, en dus van een aantrekken in de geest, waardoor mijn lichaam verkrampt en ik pijn en stagnatie ervaar, en waarin ik de man vrolijk zie bewegen en ik niet snap hoe dit kan, waarom hij geen pijn heeft.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb mezelf in een ondergeschikte positie te manouvreren, ondergeschikt aan mijn eigen geest, om seks te kunnen hebben, en zo via seks een ervaring van stroming, beweging te hebben, waarin ik me afhankelijk maak van deze stroming als beweging en dus van seks met deze man waartoe ik geen weerstand ervaar.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb mezelf te verminderen om seks te kunnen hebben.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb te walgen van mezelf in het toestaan van vermindering en compromis in mezelf ten aanzien van seks met een man waartoe ik aantrekking ervaar.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb nooit te hebben begrepen hoe hierin te blijven staan of in ieder geval deze periode door te komen,  aangezien ik het niet lang volhoud en mijn lichaam verkramping vertoont die niet vol te houden is en waardoor er geen seks mogelijk is, en mezelf hierin weer verminderd te hebben aangezien ik anderen om mij heen wel in staat zag om blijkbaar in deze toestand te leven en hierin te geloven dat mij iets niet lukt.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb me te schamen hoe ik mezelf vervormd heb ten behoeve van seks, en mezelf hierin als vrouw ondergeschikt ervaar als man.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb me fysiek ondergeschikt te ervaren aan de man en hierin verdriet in mezelf en boosheid naar de man te ervaren.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb me fysiek ondergeschikt te ervaren aan de man omdat de man iets buiten zijn lichaam heeft wat hij in mijn lichaam steekt, en ik fysiek dus altijd de man in mij toe moet laten als we seks hebben.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb mijn fysiek te belasten met hetgeen ik toegestaan heb in mijn bekken als systemen van een ander.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb boos te zijn op mezelf dat ik zo toelatend geworden ben, terwijl ik dit niet was als tiener.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb zelf mijn bekken te verlaten en zo ruimte te maken voor een ander als de ander=de mind in mijn bekken en dus in mijn fysiek.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb niet te kunnen geloven dat ik dit gedaan heb, dat ik mezelf heb verlaten om een ander toe te laten als de ander=de mind.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb me af te keren van mezelf in wat ik toesta in mezelf.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb me volledig verkracht te voelen door de penetratie van de geest, en de geest als de ander=de mind zo bezit van mij te laten nemen met mijn toestemming.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb de geest toestamming te geven om bezit van mij te nemen, waarin ik toestemming als toestamming schrijf, als slip of the finger, en ik zie hoe dit te maken heeft met het behoren bij een stam.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb de geest toestemming te geven om bezit van mij te nemen om bij een stam te horen/blijven behoren; stam als stamboom als familie.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb buikpijn in mijn onderbuik te ervaren als ik dit opschrijf, waarin ik een verbod ervaar om te af te keren van de stamboom.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb me te hebben afgekeerd van de stamboom, welke de stamboom als band juist versterkt in mij, in plaats van mezelf binnen de stamboom te veranderen als wat het beste is, en hierin mezelf te bevrijden van de banden in de geest.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb de geest als stam als stamboom te laten worden van mijn bestaan.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf toegestaan en aanvaard heb weggaan als bevrijding te zien en hierin probeer iets te ‘lozen’ als release,  in plaats van in te zien dat de bevrijding ligt in zelfverandering binnen de context waarin ik me bevind.

Ik stel mezelf ten doel te ademen, te blijven bewegen en door te blijven gaan met hetgeen ik aan het doen ben als schrijven en de overige taken binnen Desteni en mijn dagelijks leven, en te zien hoe ik hierin mezelf kan ondersteunen in verandering in mezelf en hoe ik hierin mezelf werkelijk kan vergeven van hetgeen ik heb toegestaan welke ik als pijn in mijn fysiek ervaar, net zolang totdat en als dat ik werkelijk meen hetgeen ik spreek, als dat ik het in klank uit en fysieke verandering ervaar.

Wordt vervolgd met een blog over aantrekking waarin ik verantwoordelijkheid neem voor een aantal punten hierin.

Full what is sex introduction

What is Sex?

———————————————————————————————————————————————————————-

Mogelijkheid tot wereldverandering met gelijke kansen voor ieder-een:
www.equalmoney.org
Equal Life Foundation:
https://www.facebook.com/EqualLifeFoundation
Proces van zelfverandering:

www.desteniiprocess.com
www.lite.desteniiprocess.com  GRATIS ONLINE CURSUS MET BUDDY
Proces van relatie naar agreement:
www.desteniiprocess.com/courses/relationships
Zelfeducatie free:
www.eqafe.com/free
www.desteni.net
www.desteni.org
Journey to Life:
7 jaar dagelijks schrijven
7 jaar dagelijks schrijven – Dag 1 – Van ziel naar Leven
http://www.facebook.com/groups/journeytolife/
video: 2012: Nothingness – The 7 year process Birthing Self as Life
De Desteni Boodschap – Wat doen we ermee?:
https://ingridschaefer1.wordpress.com/2013/02/13/dag-235-de-desteni-boodschap-wat-doen-we-ermee/
Zelfvergeving als Toegift aan jeZelf:
https://ingridschaefer1.wordpress.com/2013/05/20/dag-299-zelfvergeving-als-toegift-aan-jezelf/

Dag 278 – Expressie en de Darm – Trigger Characters – Aandacht-Fysieke Gedragsdimensie

De serie Expressie en de Darm begint bij Dag 232  – (inclusief Disclaimer)

Dag 273 – Ruimte – Het huis in Zegveld

Dag 274 – Trigger Characters – Gerelateerd aan Ruimte

Dag 276 – Trigger Characters – Ontkenning-1

Dag 277 – Trigger Characters – Aandacht – Backchatdimensie

Dit blog is een vervolg van de uitwerking van:

Dag 275 – Trigger Characters – Aandacht-1

Invriezen

Fysieke Gedragsdimensie:

verkramping als niet meer kunnen bewegen, bevriezen en dus op 1 plek blijven zitten

weg willen lopen uit het gezichtsveld en/of aandachtsveld van diegene op de bank

spanning nek-schouderspieren

wegkijken/diegene niet aan willen kijken

boos gezicht opzetten

verkramping darmspieren/niet of lastig kunnen poepen

expressie volledig inhouden

stoppen met communiceren

fysieke uitputting van de spanning binnenin mijn fysiek

kriebeling en/of spanning/pijn in het stuitje, niet in het stuitje willen zijn maar weg willen, weg bewegen

Invriezen van levensmiddelen

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mezelf te verkrampen als niet meer kunnen bewegen waardoor ik dus op 1 plek blijf zitten ten gevolge van de Gedachte ‘Ik wil hier niet zo zijn’, waarin ik mezelf verkramp in wat ik zie en interpreteer buiten mij, welke backchat als interne gesprekken activeert, welke emoties (en gevoelens) als reactie activeert, welke ik vervolgens onderdruk in mijn fysiek en dus opsla in mijn weefsel, welke hierdoor gaat verkrampen, waardoor ik me niet meer kan bewegen en ik dus op 1 plek blijf zitten.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mezelf te veroordelen dat ik mezelf verkramp waardoor ik niet meer kan bewegen en op 1 plek blijf zitten, als reactie op/als interpretatie op wat ik zie buiten mij.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb overweldigd te zijn door alle reacties in mij op wat ik zie buiten mij en interpreteer naar gelang ik het vertaal gerelateerd aan een herinnering in mij, en in deze overweldiging niet meer te weten waar te beginnen in deze totaal-ervaring van verkramping en verlamming, en hierdoor alleen nog maar alleen wil zijn en de ander niet meer om mij heen kan verdragen, wat niet werkelijk de ander is, maar wat mijzelf als de ander=de mind is in/als reactie op wat ik buiten mij zie en interpreteer, wat ik niet meer kan verdragen.

En dus vergeef ik mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb weg te willen lopen uit het gezichtsveld en/of aandachtsveld van diegene op de bank.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb me te schamen voor mijn gedrag als reactie op de aanwezigheid van een ander die al dan niet in gerichte aandacht op de bank zit, waarin mijn keel wordt dichtgeknepen van de onmacht die ik ervaar in zelf.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mijn keel dicht te knijpen in een ervaring van onmacht in mezelf ten gevolge van reacties op de aanwezigheid van een ander, al dan niet in aandacht, op de bank.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb altijd de ander hierin de hand boven het hoofd te hebben gehouden door net te doen alsof er niets aan de hand is, waarin ik mezelf als de ander=de mind de hand boven het hoofd heb gehouden aangezien ik hierin ook mijn eigen gedrag kan laten voortbestaan.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mijn eigen fysieke gedrag hierin niet te willen en durven stoppen, waarin ik een verlamming als angst ervaar, in plaats van in te zien dat ik al in/als deze angst voortbeweeg of eigenlijk niet meer beweeg, maar verlamd en verkrampd in/als angst in/als de geest in/als frequentie in/als een gemanifesteerde persoonlijkheid, totaal fysiek afwezig, op 1 plek blijf zitten.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb spanning in nek en schoudergebied op te bouwen.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb weg te kijken/diegene niet aan te willen kijken, aangezien ik niet wil laten zien hoeveel pijn als ongemak ik in mezelf ervaar ten gevolge van mijn reactie op de aanwezigheid van de ander.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb een boos gezicht op te zetten als afweer als verweer tegen de eventuele aandacht van de ander, welke ik niet meer kan verdragen aangezien ik mijn reacties op wat ik als aandacht interpreteer van de ander, niet langer kan verdragen, en dus zet ik een boos gezicht op, om de ander(=de mind) op afstand te houden.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mezelf als de ander=de mind op afstand te houden, waardoor ik in afscheiding blijf bestaan in/als mijn reacties op de ander=de mind, en dus in afscheiding van mezelf als de ander=de mind, dus in afscheiding van mezelf in/als de geest.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb verkramping in de darmspieren te manifesteren en hierdoor lastig te kunnen poepen, ten gevolge van mijn reacties op de aanwezigheid van de ander, zonder in te zien dat ik reageer in/als reactie op de ander=de mind, dus op mijn eigen mind/geest als een Gedachte en backchat als interne gesprekken, welke reacties als emoties en gevoelens in mezelf oproepen, welke onderdrukt in het fysiek verkramping geven.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mijn expressie volledig in te houden in een ervaring van verkramping en verlamming in mezelf, waarin ik mezelf alleen nog in/als reactie ervaar, welke ik niet wil laten zien als zijnde waarin ik me niet wil laten kennen.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb me niet te willen laten kennen in/als reactie in mezelf op de aanwezigheid van de ander=de mind, en dus mezelf niet te willen laten kennen als de mind/de geest, aangezien zodra ik mezelf laat kennen in/als de geest, ik als de geest ten einde raad ben want het einde van mijn bestaan in/als de geest in ontkenning, is dan in zicht.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mijn ervaring van ten einde raad zijn serieus te nemen als iets waar ik rekening mee dien te houden en dus welke ik in mij laat bestaan, waarvan ik later de rekening betaal.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb rekeningen te creeren en dus te moeten betalen door ontkenning van wie ik ben geworden in de geest door hieraan vast te willen blijven houden in een ervaring van doodsangst, en deze ervaring van doodsangst vervolgens te gebruiken als excuus om hieraan vast te houden, want ‘niemand wil toch doodgaan, dat is toch logisch’?

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb angst te vergoelijken en hierin te laten bestaan in mezelf, en dus in de ander(=de mind).

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te stoppen met communiceren aangezien ik geen woord meer uit kan brengen met dichte keel in een ervaring van onmacht tegenover de gevangenis in/als reactie die ik gecreeerd heb in mijn eigen geest als reactie op de aanwezigheid van de ander=de mind.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb fysieke uitputting te ervaren ten gevolgen van de opgebouwde spanning binnenin mijn fysiek, welke spanning in/als de geest is in/als reactie op de aanwezigheid van de ander=de mind, en hierin in/als spanning nog energie probeer vast te houden als een totaal gespannen boog.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mijn fysieke uitputting vervolgens als excuus te gebruiken om niet meer te kunnen bewegen en tevens als excuus om opnieuw te reageren op mijn eigen fysiek gemanifesteerde excuus.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb niet in mijn stuitje aanwezig te willen zijn en al helemaal niet als er een ander bij is, in een angst voor de ervaring van mijn reacties op de ander=de mind, en dus te besluiten weg te blijven, niet ziende dat ik daarmee juist mezelf gevangen houd in onmacht in reactie in de geest op de ander=de mind, zijnde gefuseerd in de geest met/als de ander=de mind.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mezelf te fuseren met de ander=de mind, en dus constant zo boos te worden als ik reageer op de aanwezigheid van een ander in/als de ander=de mind in fusie, en dus mijn boosheid projecteer op het enige wat ik nog zie buiten mij als trigger-punt, welke de andere persoon is die mij triggert in een volledig gefuseerd reactie patroon., waarin ik me wanhopig gevangen ervaar.

*

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb zoveel reactie in mezelf te ervaren dat ik niet weet waar te beginnen met het schrijven van zelfcorrigerende uitspraken.

Gevangen in de Reflectie van de Geest

Als ik mezelf voel verkrampen als niet meer durven te bewegen, bevriezen en dus op 1 plek blijf zitten, dan stop ik, ik adem. Ik adem in zover mogelijk naar mijn stuitje toe, houd de adem even vast, adem uit, en laat los. Ik sta op en loop wat heen en weer en indien nodig, loop ik naar een andere ruimte om in/tot mezelf te komen.

Ik realiseer me dat ik mezelf heb vastgezet ten gevolge van een gedachte gekoppeld aan een herinnering. Ik zie of ik de gedachte direct zie opkomen of dat deze naar de achtergrond is verdwenen en ik al te ver in reactie zit.

Ik stel mezelf ten doel de gedachten die vooraf gaan aan de ervaring van verkrampen, bevriezen als niet meer durven bewegen, te onderzoeken in mezelf en te zien hoe ik hierin, binnenin mezelf consequenties creeer van backchat naar emoties naar fysiek gedrag naar algemene consequenties.

Ik stel mezelf ten doel mezelf de ruimte te geven om te bewegen als wat nodig is om niet te bevriezen in de geest ten gevolge van mijn reacties op de aanwezigheid van de ander=de mind geprojecteerd op een andere fysiek aanwezige – al dan niet werkelijk fysiek aanwezig – in dezelfde ruimte.

Als ik mezelf weg zie willen lopen uit het gezichtsveld van een andere aanwezige in de ruimte, dan stop ik, ik adem. Ik zie in mezelf wat maakt dat ik weg wil lopen, welke reactie me aanzet tot weg willen lopen/willen verdwijnen uit het gezichtsveld van de ander.

Ik realiseer me dat ik weg wil lopen uit het gezichtsveld van de ander=de mind, dus uit het gezichtsveld van mijn eigen mind/geest welke ik projecteer op de andere aanwezige in de ruimte. Ik zie of ik in staat ben de reactie in mezelf geheel door me heen te laten gaan zodat ik er gelijk aan kan staan. Indien ik dit niet toelaat in mezelf, en/of schrijf de reactie op papier en pas zelfvergevingen toe. Indien ik dit niet toelaat in mezelf op het moment, vlag ik desbetreffend moment en zie later terug in zelf in dit moment en schrijf dit alsnog uit.

Ik stel mezelf ten doel mijn eigen reacties in zelf door me heen te laten gaan en zelf te vergeven en me niet langer af te scheiden van mijn eigen reacties, dus van de ander=de mind, geprojecteerd op de andere aanwezige.

Als ik spanning in nek-schouderspieren ervaar, dan stop ik, ik adem.

Ik realiseer me dat ik al spanning heb opgebouwd en/of dat de spanning, opgeslagen als herinneringen en gefuseerd in mijn fysiek, getriggerd wordt door de aanwezigheid van de andere persoon als persoonlijkheid, opgebouwd in/als karakters.

Ik stel mezelf ten doel de persoonlijkheid in/als mijzelf, die bestaat in/als spanning in/als de geest in/als karakters, gefuseerd in het fysiek, te onderzoeken in mezelf en deze uit te schrijven en zelf te vergeven, waarbij ik begin bij hetgeen in het moment getriggerd wordt.

Als ik mezelf weg zie kijken en/of diegene niet aan wil kijken, dan stop ik, ik adem.

Ik realiseer me dat ik mezelf niet wil laten kennen als hoe ik besta in dat moment in/als reactie op de aanwezigheid van de ander(=de mind). Ik realiseer me dat het niets met de andere fysiek aanwezige te maken heeft, en alles met mijzelf als de ander=de mind die ik niet onder ogen wil zien. Op deze manier geef ik mezelf de ruimte om in zelf te zien los van projecties op de ander fysiek aanwezige.

Ik stel mezelf ten doel onder ogen te zien wie ik ben in het moment dat ik liever weg wil kijken van de ander=de mind.

Als ik mezelf een boos gezicht op zie zetten, dan stop ik, ik adem.

Ik realiseer me dat ik me af wil weren/de ander fysiek aanwezige op afstand wil houden, terwijl ik in feite mezelf in/als reactie op mezelf in aanwezigheid van de andere fysiek aanwezige, op afstand wil houden.

Ik stel mezelf ten doel te onderzoeken wat en hoe ik gezichtsuitdrukkingen van mezelf denk op te moeten houden en hierin mezelf onderdruk in expressie.

Als ik mezelf ervaar in verkramping in mijn darmen en/of moeilijk kan poepen, dan stop ik, ik adem.

Ik realiseer me dat de verdedigingsmechanismen in/als karakters al aan gegaan zijn en dat ik dit a fysiek gemanifesteerd heb. Ik zie of ik in het moment ruimte kan scheppen in zelf door even weg te lopen en tot mezelf te komen, en/of uit te schrijven wat ik ervaar in zelf.

Ik stel mezelf ten doel mezelf ruimte te geven in het algemeen in het doorlopen van de fysieke verkramping, door alleen als ik er echt klaar voor ben als dat ik het echt wil, een situatie in te stappen die het delen van een fysieke ruimte voor een bepaalde periode, tot gevolg heeft.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mezelf te forceren tot het langer delen van een fysieke ruimte dan wat comfortabel is voor mezelf.

Als ik mezelf mijn expressie volledig zie inhouden, dan stop ik, ik adem. ik adem in het moment en voel in mezelf wat ik ervaar, en laat deze ervaring, welke opgebouwd is in/als reacties die ik gemist heb in zelf, door me heen gaan.

Ik realiseer me ik reacties als ervaringen gemist heb in zelf en onderdrukt heb in zelf, waarin ik mijn zelfexpressie onderdruk, want die ervaringen zitten voor de zelfexpressie, en dus zodra ik me ga/wil expressen, komen eerst die ervaringen omhoog en express ik mezelf dus in/als de geest in/als ervaring in/als emotie en/of gevoel.

Ik stel mezelf ten doel de ervaringen die ik onderdruk in mezelf, te onderzoeken en terug te brengen tot de bron in/als gedachte en herinnering, zodat ik deze gedachte in/als herinnering uit kan schrijven en mezelf hierin vrij kan maken van de ervaring die ik eraan gekoppeld heb, en welke ik dus ervaar zodra de gedachte als herinnering getriggerd wordt.

Als ik mezelf zie stoppen met communiceren, dan stop ik, ik adem.

Ik realiseer me dat ik mezelf onderdruk met een reden en niet meer wil communiceren doordat ik met iets in mezelf druk ben en dus druk leg op mezelf.

Ik stel mezelf ten doel te onderzoeken in zelf waar ik druk mee ben in/als mezelf met de ander=de mind, welke ik projecteer op de andere fysiek aanwezige. Mijn projectie op de andere fysiek aanwezige laat me slechts zien wat ik in mezelf in/als de ander=de mind niet wil zien.

Als ik fysieke uitputting ervaar ten gevolge van de opgebouwde spanning in mezelf, dan stop ik, ik  adem.

Ik realiseer me dat ik al veel spanning heb opgebouwd, en dat ik het zicht kwijt ben.

Ik stel mezelf ten doel me terug te trekken in/als mezelf en in zelf te onderzoeken wat ik allemaal als spanning in/als zelf als reactie op/in/als de ander=de mind , heb opgebouwd. Ik schrijf, ik vergeef mezelf en schrijf zelfcorrigerende uitspraken, zodat ik een volgend event een handleiding heb voor mezelf in aanwezigheid van een ander fysiek menselijk wezen, al dan niet fysiek aanwezig.

Als ik kriebeling in mijn stuitje ervaar en/of niet aanezig wil zijn in mijn stuitje, dan stop ik, ik adem.

Ik realiseer me dat ik me kwetsbaar ervaar als ik in mijn stuitje aanwezig ben en dus fysiek aanwezig ben.

Ik stel mezelf ten doel om te onderzoeken in mezelf waarin ik me kwetsbaar ervaar en waar ik bang voor ben in deze ervaring.

“Bevroren Zeepbel”

Stop de creatie van Illusie, start onderzoek in Zelf

—————————————————————————————————————————-

Proces van zelfverandering:
www.desteniiprocess.com
www.lite.desteniiprocess.com  GRATIS ONLINE CURSUS MET BUDDY
Mogelijkheid tot wereldverandering met gelijke kansen voor ieder-een:
www.equalmoney.org
Proces van relatie naar agreement:
www.desteniiprocess.com/courses/relationships
Zelfeducatie waarin financiele ondersteuning voor een wereld in gelijkheid:
www.eqafe.com
Zelfeducatie free:
www.eqafe.com/free
www.desteni.net
Journey to Life:
7 jaar dagelijks schrijven
7 jaar dagelijks schrijven – Dag 1 – Van ziel naar Leven
http://www.facebook.com/groups/journeytolife/
video: 2012: Nothingness – The 7 year process Birthing Self as Life
De Desteni Boodschap – Wat doen we ermee?
https://ingridschaefer1.wordpress.com/2013/02/13/dag-235-de-desteni-boodschap-wat-doen-we-ermee/

Dag 218 – Het Colon en aanverwante zaken

Ik kan niet naar het toilet. Poepen dus. Niet mijn favoriete onderwerp om open en bloot in een blog te zetten, al heb ik er al eerder over geschreven, en tevens een onderwerp waar veel mensen last van hebben/kunnen hebben. Laat ik het ’t ‘ik kan niet poepen karakter’ noemen om me er wat minder ongemakkelijk in te ervaren en er wat afstand van te kunnen nemen.

Wat me vanochtend opviel is het woordje kunnen hierin. ‘Ik kan het niet’.

Een ander punt is dat ik er een heel punt van maak en heb gemaakt. Ik hoorde een ander weleens zeggen: ja soms ga ik een keer niet, nouja dan komt het morgen wel weer. En een jongen die vaak diarree had en moest rennen voor een toilet, zei, tjonge dat lijkt me fijn. Het is natuurlijk niet fijn, maar hoe je er tegenaan kijkt bepaalt de ervaring van het wel of niet naar het toilet kunnen.

Ik weet niet hoe ik als kind naar het toilet ging. Mijn moeder weet het ook niet meer. Waarin ik er vanuit zou kunnen gaan dat er geen bijzonderheden zijn. Ik weet wel dat ik als jong meisje af en toe heel erg buikpijn kon hebben welke hetzelfde is als waar ik nu nog een kramp ervaar en fysiek heb, dus dat zal dezelfde plek met dezelfde kramp zijn.

Ik ben me bewust geworden van het niet naar het toilet kunnen toen ik op mijn 16e ben gaan lijnen, en hierin heel verontwaardigd was dat ik minder at en juist een bolle buik kreeg.

De dikke darm en de stoelgang is in de moederlijn een gevoelig punt, waar altijd wat problemen ervaren zijn maar die nooit echt tot aan de oorzaak zijn aangepakt. Dit is dus aan mij. En hier zit mijn punt van weerstand. Dat ik me verzet tegen het oppakken van de familierotzooi, de sins of the fathers die wordt doorgegeven, wat dus ook mijn rotzooi is die ik heb voortgezet, wat ik ook opnieuw in mijzelf heb toegestaan maar wat niet ‘mij schuld’ is. Het woord schuld.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb me af te vragen ‘waarom ik? Waarom moet ik deze rotzooi opruimen?’

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb het oneerlijk te vinden dat ik loop te struggelen met mijn stoelgang en me hierdoor beperkt voel in de sociale omgang.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb het oneerlijk te vinden dat ik de rotzooi uit de familielijn op mijn dak/in mijn darmen krijg.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb de familielijn de schuld te geven van hetgeen ik toesta te bestaan in mijn fysiek.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb me beperkt te voelen in de sociale omgang door mijn stoelgang.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb altijd bang te zijn niet naar het toilet te kunnen als ik bij iemand blijf slapen of als iemand hier blijft slapen.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te geloven niet naar het toilet te kunnen als ik bij iemand blijf slapen of als iemand hier blijft slapen.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te geloven dat ik anders geen problemen zou hebben, dat alle problemen veroorzaakt worden door het niet naar het toilet kunnen, in plaats van in te zien dat ik er dus een probleem van maak dat ik niet naar het toilet kan als ik bij iemand blijf slapen of als iemand bij mij blijft slapen.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te zoeken naar de oorzaak van hoe dit ontstaan is. in plaats van hier te beginnen met wat hier is, en in eerste instantie te stoppen met een probleem maken van het niet naar het toilet kunnen als ik bij iemand blijf slapen of als er iemand bij mij slaapt.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb het niet naar het toilet kunnen te koppelen aan met een ander zijn in de ochtend, in plaats van in te zien dat ik alleen ook met regelmaat last heb en me elke ochtend zorgen maak of ik naar het toilet kan en hier druk mee ben, waarin blijkt dat ik het ergens in mezelf creeer/activeer.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mezelf kwalijk te nemen dat ik niet altijd gemakkelijk naar het toilet kan, in plaats van in te zien dat ik hier met een erfgoed te maken heb waarin de oude informatie ligt opgeslagen in dit specifieke orgaan, en dit dus niet iets is om 1-2-3 op te lossen behalve als ik mezelf volledig inzie.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mezelf in de toestand van het niet naar het toilet kunnen niet volledig in te willen zien.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb vast te blijven houden aan het ontevreden zijn over dat ik niet gemakkelijk naar het toilet kan en anderen ogenschijnlijk alles maar eruit poepen.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te denken en geloven dat andere mensen die gemakkelijk poepen geen problemen ervaren in/als zichzelf, aangezien ikzelf geen probleem ervaar in mezelf als ik gemakkelijk kan poepen elke dag zonder me druk te hoeven maken of het deze dag wel of niet komt, of ik de hele dag pijn heb of niet, of ik gemakkelijk kan eten of dat ik geen trek heb en dus te weinig kan eten door een volle darm en dus ook niet voldoende kan bewegen, door het ongemak van een volle darm en door het te weinig fysieke energie door te weinig voeding op zo’n dag.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te walgen van mezelf als ik een volle darm heb die ik niet kan ledigen, en te walgen van de familielijn waarin dit een rol speelt.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb dus angst te ervaren voor mezelf als ik een volle darm heb die ik niet kan ledigen en angst te ervaren van de familielijn waarin dit een rol speelt.

Aha, ik ervaar dus angst VAN de familielijn waarin de darm belast is met angsten van de geest, van geesten uit het verleden van zelf en van anderen.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb alleen maar vast te houden aan en met oordelen van mezelf als reactie op het niet naar het toilet kunnen, in plaats van rechtstreeks te zien in de angsten die ik heb opgeslagen in de spierwand van de dikke darm, waardoor ik me laat weerhouden me vrij uit te drukken en waardoor ik me dus laat weerhouden te drukken en mezelf er vooral van laat weerhouden mezelf te ondersteunen in het inzien en stoppen van de angsten die ik hierin ervaar, maar mezelf laat vallen als een baksteen en hierin mijn uitdrukking in/als mezelf stop en dus verstopt raak en mezelf verstop.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb geen idee te hebben hoe de angsten te stoppen als waar te beginnen en wat te stoppen, en hierin te geloven dat ik het niet kan, dat het me nooit gaat lukken.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb voorwaardelijk van mezelf te houden, namelijk alleen als ik naar het toilet kan en mezelf aan te vallen en zelfhaat te creeren als ik niet naar het toilet kan.

Ik stel mezelf ten doel te stoppen met het creeren van zelfhaat en met mezelf aanvallen als ik niet naar het toilet kan.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te denken en geloven dat ik de hele tijd leuk moet doen, aardig moet zijn tegen anderen, terwijl ik dat niet ben en kan zijn als ik niet naar het toilet kan.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te geloven dat ik niet aardig kan zijn als ik niet naar het toilet kan, in plaats van in te zien dat ik aardig kan zijn voor/naar mezelf als ik niet naar het toilet kan, en mezelf hierin kan aarden door mezelf terug te brengen in het fysiek in/als aarde in de pijnlijke plekken waarvan ik me heb afgescheiden.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb niet aanwezig te willen zijn in het fysiek in de pijnlijke plekken waarvan ik me heb afgescheiden.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb enorme schaamte te ervaren van deze afscheiding van mezelf in/als het fysiek, welke ik projecteer als schaamte ervaren voor het niet naar het toilet kunnen.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb het niet naar het toilet kunnen als ergste te ervaren wat er is, en hierin te geloven dat niemand het zo erg heeft als ik.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb een strijd als vergelijking aan te gaan met de mensen om me heen door te denken dat ik het het ergst heb en me hierin misdeeld te voelen, in plaats van in te zien dat ik mezelf verdeel in/als de vergelijking met anderen.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb deze vergelijking te creeren in relatie tot andere vrouwen, welke altijd gemakkelijk naar het toilet kunnen en dus altijd een mooie platte buik hebben en dus altijd mooi en sexy kunnen zijn en dus altijd seks kunnen hebben.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb bang te zijn geen seks te kunnen hebben doordat ik niet naar het toilet kan als ik bij een ander blijf slapen of als een ander hier slaapt, en hierin me van tevoren druk te maken voor als dit ooit gebeurt.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mijn stoelgang dus aan seks gerelateerd te hebben en aan de mogelijkheid tot het wel of niet hebben van seks, welke ik zo belachelijk vind dat ik deze liever wegstop, verstop, en niet benoem en zeker niet laat zien.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te ervaren of mijn wereld vergaat als ik dit laat zien, hoe ik mezelf gerelateerd heb aan het hebben van een mogelijkheid tot seks.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb niet te zien hoe en waar ik dit gestart ben, dit relateren van het hebben van seks aan de verstopte darm, behalve dat ik op mijn 16e dacht slanker te moeten zijn, mijn buik te dik en opgeblazen voelde en ben gaan lijnen, terwijl dit niet de oorzaak lijkt.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb ergens te zien dat ik van iets heel kleins iets heel groots heb gemaakt en fysiek gemanifesteerd heb, waarvoor ik me zo schaam dat ik aan het gemanifesteerde vast blijf houden in plaats van te stoppen met de manifestatie en mijn vergissing ‘toe te geven’ aan mezelf, zodat ik mezelf kan vergeven en corrigeren.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb me niet vaardig te ervaren tot het uitdrukken van mezelf en mezelf te perfectioneren in woorden in eenheid en gelijkheid in/als mezelf, en in plaats hiervan een perfectie in/als het perfecte fysiek na te streven en mezelf hierin te compromitteren/vervormen.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te ervaren alsof ik geen controle heb over mijn darmwerking, en dus volledig ben over geleverd aan wat mijn darm wel of niet doet op een dag, welke het gemanifesteerde bewustzijnssysteem is waaraan ik me volledig overgeleverd voel in plaats van mezelf te ledigen.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb seks helemaal niet te begrijpen maar iedereen doet het dus ben ik er ook aan begonnen en heb mezelf hierin ‘ontwikkeld’ en beoefend, terwijl hieronder nog een ervaring zit van onbegrip van wat ik eigenlijk aan het doen ben.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb een deel van mezelf niet te hebben meegenomen in dit beoefenen van seks, maar alleen het deel wat ik mooi vind en niet mijn hele fysiek zoals het is.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te geloven dat ik het niet kan, dat het me niet lukt een gemakkelijk functionerende darm te ontwikkelen, af te wikkelen/vrij te maken van alle oordelen en pijn.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb altijd naar iets buiten mezelf te zoeken, te grijpen, aan vast te houden, to ‘call on’, colon,  zoals Sylvie zegt, en niet te weten hoe in mezelf te zijn als er een ander om me heen is.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb niet te weten hoe in mezelf aanwezig te zijn als er een ander om me heen is, en hierin heel spastisch te gaan doen, en dus een spastisch colon te ontwikkelen.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb verdrietig te zijn dat ik geen enkel voorbeeld heb gehad hoe in mezelf aanwezig te zijn als er een ander om me heen is, maar alleen maar een voorbeeld van hoe aan iets of iemand buiten mezelf te klampen alsof het mijn laatste strohalm is.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb vast te klampen aan iets buiten mezelf alsof het mijn laatste strohalm is.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb degene die zich aan mij heeft vastgeklampt alsof ik de laatste strohalm ben, als voorbeeld in mijn leven, de schuld te geven van het feit dat ik niet weet hoe in mezelf aanwezig te zijn als er een ander om me heen is, en precies hetzelfde te doen als het voorbeeld wat ik gehad hen, namelijk me vastklampen aan iets of iemand buiten mezelf.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb geen idee te hebben wat ik binnen in mezelf moet doen.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb geen idee te hebben wat ik uberhaupt moet doen in/als mezelf.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb geen idee te hebben wat zelfbeweging is of wat of wie ik zelf ben.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb het hartverscheurend te vinden om te zien hoe het voorbeeld in mijn leven om zich heen zoekt naar iets om zich aan te relateren, en dus vergeef ik mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mijn hart te laten verscheuren door me te compromitteren/bevestigen aan het voorbeeld van wat ik gehad heb en hierin van mezelf weg te gaan en me te relateren aan iets en/of iemand buiten mezelf, altijd en overal.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te zoeken naar een gevoel in mezelf om mezelf aan vast te houden en aan te relateren, en als ik die niet meer vind, ik niet weet wie ik ben, waar ik ben en wat ik moet doen.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb niet te weten wie ik ben, waar ik ben en wat ik moet doen, en niet te begrijpen wat mensen allemaal aan het doen zijn alsof het het meest logische is wat er bestaat, alsof zij dit zijn, terwijl ik in een staat leef van constante verwondering van waar ik zelf ben.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb paniek te ervaren als mijn fysiek niet naar behoren werkt, helemaal als we ons geboren laten worden als leven in het fysiek, en wat dan als ik mijn fysiek niet op orde krijg, als ik niet eens kan poepen?

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb niet te weten waar ik kan blijven als ik zoveel ongemak ervaar in mijn fysiek als ik niet naar het toilet kan, en hierin om me heen zoek naar iets of iemand tot afleiding van mezelf.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb niet in zelf te willen zien als ik zoveel ongemak ervaar in mijn fysiek als ik niet naar het toilet kan.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb walging te ervaren in/als/van mezelf als ik zoveel ongemak ervaar in mijn fysiek als ik niet naar het toilet kan.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb minachting voor mezelf te ervaren als ik zoveel ongemak ervaar in mijn fysiek als ik niet naar het toilet kan.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mezelf waardeloos te vinden als ik zoveel ongemak ervaar in het fysiek als ik niet naar het toilet kan, waarin ik ervaar niet mee te kunnen komen met wat anderen doen en waarin ik ervaar niet kunnen doen als wat ik zou willen doen.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mezelf te veroordelen dat ik niet kan doen wat ik wil doen in/als de geest/het bewustzijn, in plaats van wat ik wil doen af te stemmen op wat mogelijk is in/als fysiek.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb net te doen alsof ik nooit kan poepen, in plaats van in te zien dat het al dagen-weken-maanden heel aardig gaat, met af en toe een stop, en dat ik vooral heel druk ben in mijn hoofd hiermee, en dat dit dus hetgeen is wat ik kan en ga stoppen.

Ik stel mezelf ten doel mijn oordelen die ik in mezelf zie en ervaar als reactie op het niet naar het toilet kunnen te stoppen in mezelf.

Ik stel mezelf ten doel alle emoties die ik ervaar als reactie op het niet naar het toilet kunnen, te stoppen in mezelf.

Ik stel mezelf ten doel te stoppen met participatie in gedachten, gevoelens en emoties en mezelf zo snel mogelijk hier te halen, zoals Mykey schreef ‘go go go’, want hoe langer ik wacht, hoe meer de gedachten zich opstapelen en hoe moeilijker het wordt mezelf te stoppen in deze energetische accumulatie.

Ik stel mezelf ten doel hetgeen ik wil doen zoveel als mogelijk af te stemmen op wat ik kan doen in het moment in/als het fysiek.

Ik stel mezelf ten doel te stoppen met frictie creeren door mezelf te frustreren in een verlangen naar iets doen in/als het bewustzijn als wat ik wil maar waartoe ik fysiek niet in staat ben in het moment.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te geloven dat als ik nu fysiek niet tot iets in staat ben, ik dit nooit zal zijn, waarin ik meer frictie creeer door participatie in een toekomstprojectie.

Ik stel mezelf ten doel hier te blijven in het moment en te doen wat ik kan doen en mijn participatie in toekomstprojecties en gerelateerde zorgen zo snel mogelijk te stoppen. ‘go go go’, en niet in/als fysiek te gaan go go go en de darm te pushen maar go go go mijn geestparticipatie te stoppen.

Ik stel mezelf ten doel te stoppen met poepen als doel te zien, waarin ik mijn darm stimuleer met mijn geest en deze op den duur overprikkel en uiteindelijk vastzet in een kramp doordat de darm de relatie met/stimulatie vanuit het bewustzijn zat is, waarin ik een angst creeer dat mijn darm het zelf niet meer doet als ik stop met prikkelen vanuit de geest en dus de prikkeling niet durf te stoppen, en in plaats hiervan in het moment aanwezig te zijn, participatie in de geest te stoppen, en te zien of en hoe ik de fysieke darm kan ondersteunen/vrij maken in het moment.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb bang te zijn dat dit altijd zo blijft, en mezelf vast te zetten in deze verkramping van adembenemende angst.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb nog steeds kwaad te zijn dat ik met zo’n darm opgescheept zit, alsof die niet van mij.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb me niet effectief te ervaren en weer terug te zijn in het cirkeltje bij het niet weten hoe dit aan te pakken doordat ik in de praktijk zie niet effectief te zijn in het stoppen van mijn reacties op mijn darm als ik niet naar het toilet kan, wat de hele dag door blijft gaan en waarvoor ik altijd op mijn hoede blijf aangezien het elke ochtend opeens kan gebeuren.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb me te identificeren met het ‘ik kan niet poepen karakter’, en hierdoor te blijven leven als dit karakter/bang te blijven voor de komst van dit karakter.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb een ‘ik kan niet poepen karakter’ te creeren vanuit het ‘ik kan het niet karakter’.

Ik schrijf door. Het wordt vast een onbegaanbaar lang blog maar dat maakt niet uit.

Er zit een schrik in mijn colon. Ik zag gisteren een schrik omhoog komen die me de adem beneemt en welke ik ooit in mijn fysiek heb opgeslagen. Het is gerelateerd aan een ervaring met Zbigniew, de Poolse jongen, en van daaruit natuurlijk weer aan een vroegere ervaring die ik niet kan benoemen.

We hadden 2-3 jaar geleden ongeveer 3 maanden contact en seksueel contact. We hadden allebei geuit dat we elkaar heel leuk vonden en met elkaar verder wilden, maar tegelijkertijd zag ik wel 20 signalen die aangaven dat het in de praktijk niet mogelijk zou zijn. Aangezien ik toen nog in ‘de kracht van liefde’ geloofde/wilde geloven, heb ik de signalen genegeerd en gedacht/gehoopt dat de liefde de man wel zou veranderen. Ik had de signalen al wel aangekaart, en 1x werd het ingezien en zijn we erdoor heen gewandeld, waardoor ik dacht dat het mogelijk was om door alles heen te wandelen. Overigens hadden we seks gehad maar ging ik er niet vanuit dat we echt iets samen zouden opbouwen, al wilde ik dat best wel. Totdat hij opeens zei: ‘but I love you, I told my brother I have a girl, Ingrid’. Ik was verbijsterd, want hij was vaak niet bereikbaar voor mij, al woonde hij destijds achter mij. Ik ben me vast gaan houden aan deze woorden, en het zelfs terug gaan zeggen. Het zou niet in me opkomen overigens dit te gaan zeggen in zo’n vroeg stadium, uberhaupt ben ik nooit zo’n ‘I love you’  zegger geweest, laat staan ‘ik houd van je’, welke woorden ik niet begreep. I love you is wat gemakkelijker, dat floep je er gewoon even uit; door het Engels ervaar ik niet werkelijk wat ik uitspreek hierin. Wat een desillusie en bedrog. Hoe dan ook, ik wilde graag geloven dat deze woorden genoeg betekende om mee verder te gaan, ondanks, in spite of, de praktische signalen die een totale onverantwoordelijkheid aanduidden.

Na 3 of 5 maanden moest hij verhuizen door problemen in het huis (de poolse jongens gingen vaak van huis naar huis of werden eigenlijk gedwongen van huis naar huis te gaan). De eerste week hadden we nog sms contact, belde hij zelfs een keer. Ik zou naar hem toekomen het weekend, hij zou zijn adres sturen, wat hij nooit heeft gedaan; ‘vergeten’ zoals hij later zei, en in plaats hiervan zat ik dus te wachten op enig bericht op de dag en de dag erna van zijn kant, en kreeg ik geen antwoord op mijn berichten. Mijn wereld stortte in, ik stortte in het verraad van de illusie van de belovende woorden (meerdere dan alleen die woorden ‘I love you’) waar ik me aan had vastgeklampt.

In de maanden erna stuurde ik sms-jes, soms kreeg ik iets terug, ik wist dat hij alles las, dat het niet zo was dat ‘hij mij niet leuk vind’, maar dat hij no way zichzelf onder ogen wilde zien en dat werd natuurlijk alleen maar erger naarmate hij langer zijn mond hield en mij negeerde. In dit negeren heb ik meerdere malen ervaren hoe ik zelf iets sprak, geen antwoord kreeg, en wegstortte in die ervaring van geen antwoord krijgen, en hierin mezelf in mijn woorden ging veroordelen, ging betwijfelen, ging denken dat het aan mij lag, dat ik iets fout deed, dat ik teveel klampte. Dat was ook zo, ik klampte ook, en mijn woorden waren niet zelfoprecht, maar dat was niet de reden dat hij wegbleef, wat ik in die tijd nog wel dacht. Hij had zijn eigen redenen en ik moet mijn eigen correcties wandelen. In de afgelopen 2 jaar heb ik mezelf hierin opgepakt en de illusie van geloof in ‘de kracht van liefde’ gestopt. En wat ik gisteren zag, is dat het grote verraad lag in mezelf in mijn eigen geloof in de reactie van de ander op mijn woorden, en daarin te storten in emotie en zelftwijfel, in plaats van hier te blijven staan in/als mijn woorden, ongeacht wat de ander zegt of doet. Ik checkte mijn woorden meerdere keren, en kwam steeds tot hetzelfde punt, ja hier kan ik in staan. En ik bleef staan. Maar ik heb nog wel de rush van het zelfverraad ervaren, die me de adem beneemt.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb de afwezigheid van de ander op te vatten als een teken dat ik iets fout doe, iets verkeerd zeg, in plaats van in te zien dat de ander eigen redenen heeft om wel of niet aanwezig te zijn en wel of niet te antwoorden.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mezelf te verraden door de woorden van de ander te geloven en me hieraan vast te klampen, en mezelf afhankelijk te maken van de reactie van een ander op mijn woorden, in plaats van in/als mijn woorden te gaan staan, onafhankelijk van de reactie of afwezigheid van reactie of algehele afwezigheid van de ander, en te checken in mezelf of ik werkelijk in/als deze woorden kan staan en dit te corrigeren als ik niet een en gelijk ben als mijn woorden.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mezelf op te hangen aan woorden van de ander, waardoor ik mezelf in alleen zijn niet onder ogen hoef te zien, en me in plaats hiervan liever in de afgrond van emoties stort, niet beseffende dat als ik hier eenmaal in stort, ik enorme consequenties voor mezelf creeer hierin.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te geloven dat de afgrond van emoties echt bestaat, in plaats van in te zien dat ik die zelf creeer in afscheiding van mezelf in geloof in iets of iemand buiten mezelf waar ik mezelf afhankelijk van maak in dit geloof, en hierdoor dus ook afhankelijk van ben/word.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb heel druk te zijn geweest met het begrijpen waarom hij zoiets deed, en mijn woorden en gedrag hierop aan te passen, zodat hij maar niet weg zou gaan uit angst om in zelf te zien als ik in zelf zou zien en hierin hem dus confronteer met zichzelf.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb zelf te stoppen met woorden in/als zelf te spreken uit angst dat de ander weg gaat maar in plaats hiervan mijn woorden af te stemmen op de luisteraar.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb enorm te schrikken van het weggaan van een ander als ik woorden spreek in/als mezelf hoe ik in dat moment ben; mezelf hierin als gevolg te gaan veroordelen en mezelf als schuldige aan te wijzen van het feit dat de ander weggaat, waarin ik in dit zelfoordeel zelf wegga van mezelf en mezelf dus verraad maar waarin ik het weggaan van de ander ervaar als verraad.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mezelf in/als woorden te relateren aan de ander buiten mezelf, in plaats van een en gelijk als mijn woorden te zijn en te blijven en mezelf te corrigeren als ik zie dat ik niet in mijn woorden kan staan.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb een ervaring van door de grond gaan te hebben als iemand weggaat als reactie op mijn woorden of waarvan ik denk dat het een reactie is op mijn woorden.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te denken en geloven dat iemand weggaat door mijn woorden en ik dus maar beter niet kan spreken, waarin ik wegga van mezelf in/als zelfexpressie uit angst om alleen achter te blijven.

Ik stel mezelf ten doel mezelf in/als woorden in te zien en te checken in mezelf of ik gelijk kan staan aan/als/in de woorden die ik spreek, en mezelf hierin te vergeven en corrigeren als ik zie dat ik in ongelijkheid/afscheiding van mezelf spreek.

Ik stel mezelf ten doel in mijn eigen woorden te staan en blijven staan, onafhankelijk van de reactie van de ander.

*

En zodra ik hierin ben gaan staan, ben ik in bovenstaande angst en ongemak gekomen gerelateerd aan het colon en niet naar het toilet kunnen. Oeps.

Een karakter wat omhoog komt wat ik heb aangenomen en ben gaan leven is het ‘sexy karakter’, welke ik zal uitschrijven in een volgend blog. Het moge duidelijk zijn dat dit karakter compleet in conflict komt en altijd is met het ‘ik kan niet poepen karakter’. Als ik er niet meer zo in vast zou zitten zou ik direct zien wat een hilarisch schouwspel zich afspeelt in mij. Helaas zie ik het nog niet als hilarisch, dus ik hecht nog waarde aan de karakters waarin ik mezelf nog vastzet in mijn fysiek via de geest/het bewustzijn.

————————————————————————————————-

Proces van zelfverandering:
www.desteniiprocess.com / http://www.lite.desteniiprocess.com
Mogelijkheid tot wereldverandering met gelijke kansen voor ieder-een:
www.equalmoney.org
Proces van relatie naar agreement:
www.desteniiprocess.com/courses/relationships
Zelfeducatie waarin financiele ondersteuning voor een wereld in gelijkheid:
www.eqafe.com
Zelfeducatie free:
www.eqafe.com/free
www.desteni.net
Journey to Life:
7 jaar dagelijks schrijven
7 jaar dagelijks schrijven – Dag 1 – Van ziel naar Leven
http://www.facebook.com/groups/journeytolife/
video: 2012: Nothingness – The 7 year process Birthing Self as Life

Dag 86 – Verongelijking in plaats van een en gelijk als zelf als Alle Leven

Ik ervaar verongelijking bij het lezen van een blog van een Aardelfs Reis naar Leven waarin de ouder zijn eigen angst/zelfinteresse blijft verdedigen ten koste van gelijkheid ten opzichte van het kind terwijl er een mogelijkheid is en die ook geboden wordt door het kind om de situatie in gelijkheid in te zien.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb verongelijking te ervaren bij het lezen van tekst over het verdedigen van eigen interesse ten koste van gelijkheid in leven.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb boosheid te ervaren over het feit hoe zogenaamd ‘het eigen kind‘ zo hoog staat, maar als het erop aankomt deze gewoon wordt verraden.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb het verraad van Leven persoonlijk te ervaren als verraad van een kind door een ouder, in plaats van in te zien dat de mind als overleving in zelfinteresse in/als energie altijd het Leven zal verraden, wie het ook is.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb het verraad van Leven persoonlijk te ervaren, waarin het persoonlijk ervaren eveneens het ervaren is van het kwetsen van gevoelens dus van het kwetsen van de mind.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb de verongelijking als verraad door de ander te beschouwen, in plaats van in te zien dat ik mezelf heb verraden door gelijk te gaan staan aan het verraad van de ander=de mind door niet op te staan in situaties van ongelijkheid en gelijk te gaan staan als zelf als leven in eenheid en gelijkheid en te spreken in/als zelfexpressie.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb boosheid te ervaren op personen die leven verraden ten opzichte van de mind als zelf-interesse als gedachten, gevoelens en emoties, waarin ik mezelf vergeef dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb boos te zijn op mezelf als verraad van mezelf als leven in gelijkheid en hierin als verraad van alle leven in gelijkheid.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb niet gelijk te gaan staan aan de ander die in ongelijkheid spreekt en/of handelt uit verdediging van gedachten, gevoelens en emoties als zelfinteresse, waarin ik mezelf vergeef dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb niet gelijk te gaan staan als mezelf als de ander=de mind handelend en sprekend ter verdediging van gedachten, gevoelens en emoties als zelfinteresse, en zolang ik niet gelijk ga staan aan de zelfinteresse in mezelf kan ik er niet in opstaan en dus hoef ik niet te veranderen.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mezelf te beletten om op te staan in/als mezelf in gelijkheid aan zelfinteresse in verdediging van gedachten, gevoelens en emoties waarin ik dus een situatie in stand houd in mezelf waarin ik niet hoef te veranderen en dus kan blijven deelnemen in gedachten, gevoelens en emoties in zelfinteresse, welke zich uit in het boos worden op anderen die dit ten toon spreiden.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb dit boos worden op anderen die ongelijkheid in zelfinteresse ten toon spreiden in stand te willen houden, zodat ik me beter kan voelen dan die zogenaamde anderen doordat ik geloof dat ik dat niet zo doe, en door me beter te voelen creeer ik positieve energie in/als de mind.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb positieve energie in/als de mind te genereren ten koste van mezelf als Leven (en dus ten koste van Alle Leven) door boosheid te creeren geprojecteerd op de ander die spreekt/handelt in zelfinteresse in ongelijkheid.

En dus doe ik precies hetzelfde als degene waar ik boos op word: energie genereren in/als de mind ter overleving in/als de mind, uit angst om dood te gaan als ik als de mind stop als energie.

Ik stel mezelf ten doel te stoppen met boos worden op de ander of andere emoties van verongelijking te genereren in mezelf; als ik emoties van verongelijking in mezelf voel opkomen dan stop ik, ik adem. Ik realiseer me dat ik een situatie aan het creeren ben waarin ik participerend in emoties van verongelijking mezelf als mind als emoties als zelfinteresse in stand wil houden en dus niet wil veranderen.

Ik stel mezelf ten doel gelijk te gaan staan aan mezelf als zelfinteresse als emoties van verongelijking in/als de mind in zelfinteresse met als enige doel het overleven in/als de mind door het creeren van positieve energie; alleen als ik gelijk ga staan aan mezelf als emoties van verongelijking in zelfinteresse, welke ik geprojecteerd zie in de ander, kan ik hierin opstaan in eenheid en gelijkheid als mezelf als Leven als Alle leven.

Ik stel mezelf ten doel alle gedachten gevoelens en emoties die ik mezelf zie projecteren op de ander terug naar zelf te halen, in te zien, uit te schrijven, zelf te vergeven en mezelf te corrigeren in/als het fysiek.

Ik stel mezelf ten doel mijn persoonlijke ervaringen uit te schrijven en zelf te vergeven zodat ik mezelf kan corrigeren tot Leven in het fysiek in eenheid en gelijkheid.

Ik stel mezelf ten doel mezelf als mind als energie te stoppen door te schrijven, zelf te vergeven en zelf te corrigeren wie ik geworden ben in/als de mind als overlevingsmechanisme, waarin ik mezelf als Leven in/als de Adem kan gaan zien waardoor ik als de angst om dood te gaan als energie in/als de mind zal afnemen en uiteindelijk zal stoppen te bestaan.

Dag 41 – Verraad (Liefdes-maand)

Het handelen uit liefde voor de ander, voortkomend uit een niet alleen willen staan, geeft verraad. Het begint met verraad van zelf, door te geloven dat je iets doet/moet doen/wilt doen voor de ander, waarin je jezelf als Leven verraad door niet een en gelijk als Leven als Zelf te staan, wat uiteindelijk tot uiting komt in verraad van de ander door niet waar te kunnen maken wat gestart is, namelijk iets doen uit liefde voor de ander, wat altijd is iets doen uit liefde voor de ander=de mind zolang het niet voortkomt uit een en gelijk als Zelf als Zelf-Liefde als Leven. Pas als Zelf-Liefde niet meer is als de mind als eigen-belang is het Liefde als Leven als wat het beste is voor alle leven, en Leven is hierin een duidelijker woord dan liefde, aangezien liefde zo vaak misbruikt is als een alles tellend gevoel.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mezelf te verraden door niet alleen te durven, kunnen en willen staan, uit angst voor de eenzaamheid, dus voor mijn eigen mind, waarin ik me opgeslokt voelde worden.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb de ander te verraden doordat ik mezelf heb verraden door niet alleen te staan, en dus mezelf als de ander voor te liegen in/als de mind.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb zoveel patronen te hebben opgebouwd, voortkomende uit het opgroeien in een niet-alleen staan, waardoor ik ruim een jaar nodig heb gehad om deze patronen in relatie met een ander door te wandelen (en daarvoor tientallen jaren in herhaling) voordat ik mezelf enigszins richting kan geven in het alleen staan en deze patronen verder kan stoppen.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb niet meer te weten waarop ik kan vertrouwen doordat ik niet weet wat zelf-vertrouwen is en niet meer op gevoel kan vertrouwen of weet wat gevoel en wat zelf is, en dus heb ik ruim een jaar nodig gehad om bij het punt te komen wat ik op dag 1 al zag maar niet kon toepassen door alle patronen die ik heb toegestaan te bestaan in mezelf, waardoor ik enorme angst gecreeerd heb om alleen te staan.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb me schuldig te voelen dat ik de ander(= de mind) heb verraden, terwijl dit het punt is waar het het hele jaar al om draait vanaf dag 1; leven als zelf in plaats van leven voor de ander=de mind.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb me schuldig te voelen dat ik vanaf dag 1 niet heb kunnen leven wat ik zag, namelijk dat ik alleen wil staan maar dit niet kan toepassen, waarin ik me eigenlijk niet schuldig voel aangezien ik zie dat het een consequentie is wat we hebben doorgewandeld, wat alleen maar dichter bij zelf als leven heeft gebracht zowel voor mij als voor de ander, maar doordat de ander het slechts als verraad ziet en niet als een proces om alleen te gaan staan, voel ik schuld voor de pijn van de ander.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te geloven dat ik schuld heb aan de pijn van de ander die niet alleen wil staan, in plaats van in te zien dat ik me schuldig voel omdat ik wel heb gesproken over alleen staan maar het niet direct heb kunnen toepassen vanaf dag 1, en ik dus een jaar lang gespleten heb geleefd in woord en daad, wat altijd manipulatie voortbrengt.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te manipuleren in/als de mind uit angst om alleen te staan.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mezelf te splitsen in woord en daad uit angst om alleen te staan.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb geprobeerd te hebben de ander ‘duidelijk te maken’ wat ik bedoel met alleen staan, en hierin een jaar lang geprobeerd heb om dit samen te doen, in plaats van zelf als levend voorbeeld alleen te staan; het samen doen van alleen staan is geen alleen staan maar een manipulatie/verdraaiing van het alleen staan in/als de mind.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb geprobeerd te hebben onder het alleen staan uit te komen door het samen te willen doen in/als de mind, met iemand die zelf niet alleen staat en dus te manipuleren is in/als de mind, aangezien diegene net zo graag als ik het alleen staan samen wil doen in/als de mind.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te leven via het gevoel dat iets doen voor een ander mij geeft, en ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb een ander via het gevoel te laten leven dat iets doen voor mij die ander geeft.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb die ander iets te geven via het gevoel dat het die ander geeft als die ander iets voor voor mij doet, in plaats van mezelf te delen en de ander te ontvangen een en gelijk als zelf.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb heel geleidelijk uit elkaar te willen gaan, waardoor het geen verraad lijkt, in plaats van in te zien dat het verraad onderdeel is van het proces in/als de mind door het eeuwenlange verraad van onszelf als Alle Leven.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb de mind niet als tool te zien maar als doel, en zodra ik wist dat het geen doel is, als last, wat mezelf beiden gevangen houdt in de ban van de mind.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mezelf in de ban van de mind gevangen te houden door het leven in/als de mind-eenheid als doel en later als last te zien, waarin ik het mezelf onmogelijk maak de mind als tool te gebruiken om te zien waar ik mezelf heb afgescheiden van mezelf, oftewel waar ik mezelf als Leven heb verraden ten behoeve van mezelf als energie in/als de mind.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb liefde als een alles tellend gevoel in/als de mind als doel te zien, waarmee ik angst voor verlies in eenzaamheid als ontbreken van dit liefdes gevoel in/als de mind heb gecreeerd, om vervolgens deze eenzaamheid te proberen te vermijden als excuus om het alleen staan ontwijken.

Als ik mezelf zie participeren in het toepassen van de mind als doel of als last, dan stop ik, ik adem. Als ik mezelf een ander zie veroordelen die de mind toepast als doel of als last, dan stop ik, ik adem. Ik realiseer me dat ik de ander veroordeel op een punt waarin ik mezelf heb afgescheiden en dus niet heb ingezien en zelfvergeven. Ik zie wat ik veroordeel in de ander en pas hier zelfvergevingen op toe. Over het algemeen komt het veroordelen voort uit angst te worden opgeslokt in het geloof in de mind van de ander wat zich afspeelt in mijn eigen mind, dus angst om te worden opgeslokt in mijn eigen mind. Ik pas specifieke zelfvergevingen toe op de angst die opkomt. Ik adem, ik ben Hier. Ik stop met het verraden van mezelf als Leven als de ander als Leven. Ik sta mezelf niet toe mezelf als de ander te verraden uit angst voor verlies in het alleen staan.

Als ik mezelf zie participeren in een alles tellend gevoel als liefde in/als de mind, dan stop ik, ik adem. Ik realiseer me dat liefde geen gevoel is, en als het dat wel is participeer ik in de mind en creeer ik de polariteit als ontbreken van dit gevoel als emotie van eenzaamheid. Wat maakt dat ik participeer in het alles tellend gevoel als liefde in/als de mind? Waarom wil ik in dit alles tellend gevoel participeren en niet Hier zijn een en gelijk als de adem? Ten eerste stop ik deze participatie in dit alles tellend gevoel van liefde in/als de mind. Vervolgens en indien nodig ga ik schrijven en pas zelfvergevingen toe, waarna ik mezelf kan corrigeren. Liefde is een expressie van me/onszelf als Leven van eenheid en gelijkheid en geen alles tellend gevoel voor mij alleen in/als de mind.

Ik verbind mezelf met mezelf door de mind als tool te gebruiken om te zien waar ik mezelf heb afgescheiden van mezelf als Leven, waarin ik de verslaving in/als/aan de mind stop.

(Ter voorbereiding op video-1 in de liefdesmaand).

Dag 10 – Lovergirls als vriendschap

Ik las een bericht in de krant over lovergirls. Lovergirls zijn zelf via loverboys in de prostitutie gekomen, en regelen, onder druk van de pooier, via ‘vriendschap‘ weer andere meisjes om in de prostitutie te gaan werken. Wat me hierin trof, los van het onderwerp prostitutie, is hoe een meisje hierin beschreef dat ze uiteindelijk toestemde omdat, als ze het niet deed, het meisje dreigde de ‘vriendschap’ op te zeggen, en het meisje had nooit vrienden gehad in haar leven dus het opzeggen van deze zogenaamde vriendschap leek haar onverdraaglijker dan het verkopen van haar lichaam voor seks. Uiteindelijk omschrijft ze dat ze zich verraden en in de steek gelaten voelt door haar ‘vriendin’.

Zelfvergevingen ten aanzien van het onderwerp vriendschap, geldend voor iedereen die vriendschap buiten zichzelf zoekt/heeft/gezocht heeft inclusief mezelf; geschreven in de schoenen van het meisje:

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te geloven dat ik vriendschap nodig heb om te leven aangezien ik om me heen zie dat iedereen vrienden heeft of vrienden probeert te hebben, in afgescheiden groepjes.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mijn lichaam te verkopen voor seks in ruil voor vriendschap, in plaats van in te zien dat ik vrienden kan zijn met mezelf.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb de vriendschap met mezelf op te geven door mijn lichaam te verkopen voor seks, in ruil voor vriendschap met iemand buiten mezelf.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb me verraden te voelen door het meisje dat gezegd heeft mijn vriendin te zijn, in plaats van in te zien dat ik mezelf heb verraden door het geloof dat ik een ander nodig heb in de vorm van vriendschap ter bevestiging van mezelf en dit vervolgens fysiek te manifesteren door toe te laten systemen van anderen in mijn lichaam te laten vestigen door middel van seks, waardoor ik zelf niet meer in staat ben om mijn eigen lichaam te bewonen als zijnde thuis, aangezien deze plek al bezet is.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb drugs nodig te hebben om me nog ergens een gevoel van thuis te kunnen geven aangezien mijn lichaam al bezet is, in plaats van in te zien dat ik hiermee alleen maar verder weg van mijn lichaam als thuis afga, verder weg de mind in door mezelf te bevestigen als mindsysteem.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mezelf te verraden door te geloven dat ik ook ergens bij moet horen en daarvoor een vriendin nodig heb, hiermee mijzelf bevestigend als mindsysteem aangezien alleen een mindsysteem bevestiging nodig heeft buiten zichzelf om de zogenaamde lege plek in zichzelf op te vullen, en op deze manier een situatie te creeren waarin ik steeds opnieuw bevestiging nodig heb van iemand buiten mezelf want dat is wat de mind doet: bevestiging zoeken van zichzelf in relaties.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te geloven dat vriendschap zoals het in de wereld gepresenteerd is echt is, en omdat het mij niet lukt om vrienden te maken geloof ik dat ik minderwaardig ben.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te geloven dat ik minderwaardig ben doordat ik geen vriendschap heb zoals het in de wereld gepresenteerd wordt, en daarmee mezelf in waarde = geld uit te drukken in plaats van mezelf een en gelijk als Leven te bevestigen.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf niet heb toegestaan en niet aanvaard heb de vriendschap zoals die in de wereld bestaat in twijfel te trekken en in plaats daarvan mezelf in twijfel te trekken door te geloven dat ik ook een vriend nodig heb ter bevestiging van mezelf buiten mezelf.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb in het rad van de mind als seks als geld terecht te komen, alleen maar door mijn verlangen door bevestiging van mezelf in een vriendschap buiten mezelf, om vervolgens te verdwalen in dit rad van seks en geld als de mind.

Zelfvergevingen ten aanzien van vriendschap in mijn eigen schoenen:

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te geloven dat ik bevestiging nodig heb in de vorm van vriendschap buiten mezelf.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb trots te zijn op het feit dat ik altijd vrienden heb gehad.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb het mijn zegen te noemen dat ik altijd vrienden heb gehad, welke inpliceert dat ik een zegen nodig heb van iets buiten mezelf groter dan ikzelf.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te geloven dat ik een zegen nodig heb van iets buiten mezelf groter dan ikzelf.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb met het geloof in een zegen een polariteit te creeren, in de wereld als zijnde mensen zonder vrienden zijn niet gezegend en in mezelf als zijnde gezegend op het gebied van vrienden maar niet gezegend op het gebied van relaties.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mensen zonder vrienden en mezelf zonder relatie als niet gezegend te beschouwen.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb een onderscheid te maken tussen vriendschap en relatie, in plaats van in te zien dat enige verschil is dat ik met vrienden geen seks heb.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf niet heb toegestaan en niet aanvaard heb een vriendschap met de persoon in relatie aan te gaan door afhankelijkheid te creeren door seksueel contact.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb in een vriendschap alles toe te staan en in relaties niets, waarmee ik iets toesta vanuit polariteit, afhankelijk van de zogenaamde relatie die ik benoemd heb, in plaats van iets al dan niet toe te staan in mezelf een en gelijk als zelf, en dit te delen met de ander, dan wel in relatie dan wel in vriendschap.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb onderscheid te maken in mensen met wie ik vriendschap deel, met wie ik een relatie deel, met familie, met kennissen en met ‘andere mensen’, in plaats van in te zien dat ik met ieder-een in ieder moment iets kan delen van/als mezelf, en dat ik met bepaalde mensen meer deel doordat we een overeenkomst in het mindsysteem hebben.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb een overeenkomst in het mindsysteem te benoemen als relatie-vorm, niet ziende dat ik mezelf hiermee bepreek/beperk tot deze relatie-vormen, en als deze relatie-vormen wegvallen ben ik verloren.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te geloven dat als de relatie-vormen in en als de mind wegvallen, ik verloren ben, in plaats van in te zien dat ik een en gelijk als leven ben/word als mezelf, en vanuit/als zelf kan ik delen met anderen, zowel met mensen die ik in de mind als vrienden beschouw of anders gerelateerd in/als de mind, als met mensen die ik beschouw als niet gerelateerd tot mezelf in/als de mind.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb een onderscheid te maken tussen mensen die ik relateer tot mezelf in als de mind en mensen die ik niet relateer tot mezelf in/als de mind.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mezelf te bepreken/beperken door mezelf alleen te kunnen delen met mensen met wie ik een overeenkomst ervaar in/als de mind.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te geloven dat ik mezelf alleen kan delen met mensen met wie ik een overeenkomst ervaar in/als de mind, niet beseffende dat ik mezelf hiermee afhankelijk maak van de overeenkomst in/als de mind, dus van de mind, en als er dus geen overeenkomsten meer zijn in/als de mind, geloof ik dat ik mezelf niet meer kan delen.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te geloven dat ik mezelf ooit gedeeld heb als mezelf, in plaats van in te zien dat ik mezelf alleen gedeeld heb in/als de mind, wat verdeling met zich meebrengt binnen en buiten mezelf.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb bij te dragen in de verdeling in de wereld door mezelf te delen in/als de mind en te geloven dat ik gezegend ben dat ik mensen heb om mezelf te delen in/als de mind.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te geloven dat ik mensen nodig heb om mezelf te delen in/als de mind.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb mezelf te willen delen  in/als de mind.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb bang te zijn voor mensen met wie ik geen overeenkomst heb in/als de mind.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb het hebben van geen of wel een overeenkomst in/als de mind te koppelen aan angst, en dus vergeef ik mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb bang te zijn voor mijn eigen angst, waardoor ik me vervolgens probeer te bevestigen door middel van deze overeenkomsten in/als de mind zodat ik ‘niet zo bang hoef te zijn’, niet beseffende dat ik hiermee mijzelf als angst als mind bevestig/in stand houd.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf niet heb toegestaan en niet aanvaard heb mezelf te vestigen als mezelf door bevestiging te zoeken in een overeenkomst in/als de mind.

Als ik mezelf zie participeren in angst voor het verlies van vriendschap – overeenkomst in/als de mind, dan stop ik, ik adem. Ik realiseer me dat ik mezelf wil bevestigen in als de mind omdat dat het enige is wat ik ken als (be)vestiging van mezelf als mind. Aangezien ik mezelf alleen als mind ken wil ik mezelf graag (be)vestigen in/als de mind.

Ik sta mezelf niet toe mezelf te bevestigen in/als de mind, aangezien ik mezelf hiermee weg houd van mezelf als leven.

Ik pas zelfvergevingen toe op de aspecten als gedachtes, gevoelens en emoties die ik zie in mijn verlangen naar bevestiging in/als de mind. Door middel van dit toepassen van zelfvergevingen en hierop volgend zelfcorrecties bevestig ik mezelf als Leven.

Ik verbind mezelf met mezelf door mezelf te vestigen als Leven met behulp van het toepassen van zelfvergevingen en zelfcorrecties die ik toepas op wat ik zie in het uitschrijven van mijn gedachtes, gevoelens en emoties.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb me verdrietig te voelen zonder relaties in/als de mind. Ik realiseer me dat ik me verdrietig voel omdat ik geloof dat ik iets verlies, en verdriet is de emotie is die ik gecreeerd heb bij het geloof dat ik iets verlies. Ik stop met participatie in verdriet, aangezien verdriet een emotie is waarmee ik mezelf vasthoud in de mind, en ik op deze manier het verlies van de relatie met de mind niet hoef op te geven zolang ik deze in stand houd door participatie in verdriet. Ik sta mezelf niet toe verdriet te gebruiken als verbinding/relatie met de mind; ik sta mezelf niet toe te geloven dat het verdriet de enige verbinding is die ik heb tot leven. Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te geloven dat verdriet de enige verbinding is die ik heb tot leven, in plaats van in te zien dat verdriet de verbinding is met mezelf als mind, welke ik gedefinieerd heb als leven maar welke me in werkelijkheid vasthoud in niet-leven oftewel in de dood, ondertussende bang zijnde dat ik dood ga als ik de verbinding met de mind in de vorm van verdriet verlies. Ik realiseer me dat, zolang ik participeer in verdriet, voortkomend uit doodsangst, ik niet tot Leven kan komen als Zelf als Adem. In plaats daarvan adem ik; adem voor adem wandel ik door het verdriet en vergeef mezelf datgene waarmee ik mezelf vasthoud in verdriet, totdat er geen verdriet meer over is als illusie van leven als verbinding met/in/als de mind.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb door te geloven dat vriendschap een zegen is, ertoe te hebben bijgedragen dat vriendschap als zegen in de wereld wordt gezien, waarmee ik onvrede creeer bij mensen die geen vrienden/overeenkomst in/als de mind met een ander hebben.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb te hebben bijgedragen aan de situatie van het meisje die de prostitutie is ingegaan uit angst voor verlies van de enige vriendschap in/als de mind die ze gekend heeft in  haar leven door vriendschap als een zegen te zien.

Ik vergeef mezelf dat ik mezelf heb toegestaan en aanvaard heb de ongelijke situatie in de wereld ten aanzien van vriendschap nog eens te versterken door een emotie van verdriet te ervaren zonder vriendschap in/als de mind, door de mind te activeren met een emotie van verdriet, en dus stop ik met verdrietig zijn als ik eenzaamheid ervaar zonder overeenkomst in/als de mind.